Handboek voor onderzoeksjournalisten

Hoe onderzoek je een vermoeden?
Hoe verwerk je een berg droge feiten tot een overtuigend verhaal?


Het officiële handboek van de Nederlands-Vlaamse Vereniging van Onderzoeksjournalisten behandelt de internationaal vermaarde Story-Based Inquiry methode: een snelle en effectieve manier om journalistiek onderzoek te organiseren en uit te voeren. Daaromheen bespreken de auteurs de sociale, psychologische, juridische, financiële, ethische en maatschappelijke aspecten van onderzoeksjournalistiek.

Het boek is rijk aan praktische tips, concrete stappenplannen, handige checklisten en sprekende voorbeelden uit Vlaamse en Nederlandse media. Veel adviezen zijn nooit eerder opgeschreven of gepubliceerd. De auteurs zijn praktiserende onderzoeksjournalisten of op een andere manier bij het dagelijks werk van onderzoeksjournalisten betrokken. De meesten hebben bovendien didactische ervaring.

Beginnende onderzoeksjournalisten kunnen het boek gebruiken als leidraad, ervaren speurders als naslagwerk. Hoewel dit boek zich op de eerste plaats richt tot journalisten, zijn de adviezen nuttig voor iederéén die op zoek is naar betrouwbare feiten voor werk of ideaal — zoals researchers van bedrijven, publieke organisaties en ngo’s, activisten en weetgierige burgers.

Het boek helpt om:
  • Onderzoeksjournalistiek te herkennen
  • Geschikte onderwerpen te vinden
  • Op een originele manier naar onderwerpen te kijken
  • Een uitvoerbaar onderzoeksplan te maken
  • Met ingewikkelde en lastig toegankelijke bronnen om te gaan
  • Mensen aan het praten te krijgen
  • WOO- en Wobzaken te winnen
  • Data te vinden en te ‘interviewen’
  • Snel mensen en documenten te vinden op internet
  • Fraude in  boekhoudingen op te sporen
  • Financiële steun te krijgen van fondsen
  • Effectief samen te werken (over de landsgrenzen)
  • Ethisch correct te handelen
  • Lijf en laptop tegen aanvallen te beschermen
  • Rechtszaken te voorkomen of te winnen
  • Een overtuigend en boeiend verhaal te vertellen
  • Onderzoeksverhalen waterdicht te maken
  • De impact van onthullingen te vergroten
Bovendien onderzoekt het boek antwoorden op enkele moeilijke en ongemakkelijke vragen, zoals:
  • Wat is waarheid eigenlijk? En wanneer is iets een feit?
  • Mogen journalisten proberen de wereld te verbeteren?
  • Is er een grens aan objectiviteit? (En wat brengen journalisten ervoor in de plaats?)
  • Kunnen onderzoeksredacties nog beter worden georganiseerd?
  • Behandelen journalisten hun doelwitten wel altijd fair?
  • Zijn onze bronnen en ons vocabulaire nog wel een afspiegeling van de maatschappij?
  • Waarom is wederhoor vaak zo onbevredigend (en kan dat niet anders)?
  • Zijn onderzoeksjournalisten wel voldoende voorbereid op trauma’s?
  • Zijn klokkenluiders en activisten eng?
  • Nemen Vlaamse en Nederlandse journalisten hun veiligheid wel serieus?
Het boek is tot stand gekomen met financiële steun van:
Luuk Sengers (red.), Handboek voor onderzoeksjournalisten. Van vermoeden tot verhaal. Bertram+de Leeuw Uitgevers, 2022, ISBN: 9789461563057 | Pagina's: 512 | Ook verkrijgbaar als EPUB

Inhoud

Een bloemlezing uit het boek:

Methode
“Het kerninzicht van Story-Based Inquiry is dat het onderzoeken en het schrijven één samenhangend proces kunnen vormen. De hele workflow, van idee tot verhaal, kan worden gestroomlijnd met een paar technieken die elkaar opvolgen en aanvullen.” Pagina 16

Vaardigheden
“Onderzoeksjournalisten onderscheiden zich niet door één of twee vaardigheden van ‘gewone’ journalisten, of van wetenschappers, advocaten, activisten en opsporingsambtenaren (die immers ook onderzoek doen naar feiten), maar door een combinatie van vakkundigheden. […] Elke competentie op zichzelf is niet bijzonder en ook terug te vinden bij andere beroepsgroepen, maar de mix leidt tot een waarlijk uniek beroep.” Pagina 21

Definitie
“Een onderzoeksjournalist brengt schadelijke gebeurtenissen in de samenleving aan het licht. Hij of zij onderzoekt op eigen initiatief en methodisch wat het probleem is, hoe het is ontstaan en eventueel hoe het kan worden opgelost en presenteert de resultaten in een waarheidsgetrouw en boeiend verhaal.” Pagina 38

Objectiviteit
“Een […] ethische houding, die dateert van vóór de objectiviteit en die nog springlevend is, ziet de journalist echter als een belangrijk lid van een brede coalitie van maatschappelijke krachten die geloven in de mogelijkheid van een betere wereld voor iedereen. Deze collega’s werken actief samen met maatschappelijke organisaties, niet-gouvernementele organisaties (ngo’s), eerlijke ambtenaren, ethische ondernemingen en andere progressieve groeperingen om misstanden aan het licht te brengen en bij te dragen aan hervormingsprocessen. Zij streven naar objectiviteit door een zo groot mogelijke zorgvuldigheid en transparantie, niet door onpartijdigheid.” Pagina 32

Creativiteit
“Een onderzoeksjournalistiek idee is een oorspronkelijke vraag of observatie, die leidt naar nieuwe of onbekende feiten en inzichten.” Pagina 54

Haalbaarheid en relevantie
“[…] goed om vooraf na te gaan: is het onderzoek relevant en haalbaar? Deborah Nelson, een door ons zeer bewonderde collega aan de University of Maryland, heeft hiervoor een handige matrix ontwikkeld, die wij de Nelson Matrix noemen en die voor het eerst werd gepubliceerd in de IRE Journal.” Pagina 72

Return on investment
“Nu je op het punt staat tijd, geld en emoties te investeren in een project, is het goed om stil te staan bij wat je er allemaal voor terug wilt krijgen. Met andere woorden: wat is je return on investment (ROI)? Wat wil je nog méér met dit onderzoek bereiken dan alleen een mooi verhaal?” Pagina 77

Oplossingen
“Een reden om verhalen met een concrete oplossing te laten eindigen – als dat mogelijk is –, is om de lezers te motiveren. Stort je alleen maar problemen over hen uit, dan raken ze depressief (als ze het verhaal al helemaal uitlezen!) en depressieve mensen komen niet in actie. Psychologen zeggen dat mensen eerder gemotiveerd zijn om een probleem aan te pakken (of een oplossing te eisen) als ze zien dat er daadwerkelijk een uitweg is. Bovendien: als er oplossingen bestaan, is het dan niet gewoon onze taak om ook op dát deel van de werkelijkheid te wijzen?” Pagina 93.

Bronnen
“Onderzoeksjournalisten gebruiken doorgaans meer soorten bronnen dan nieuwsverslaggevers. Ze gebruiken bovendien vaak bronnen die niet eerder openbaar zijn gemaakt of die moeilijk benaderbaar zijn.” Pagina 129

Wederhoor
“Een ontkenning is iets anders dan een ontkrachting. Neem geen genoegen met een ontkenning. Verleid je doelwit om op de concrete beschuldigende feiten in te gaan. Kan hij/zij deze weerleggen of ontkrachten met andere feiten? Dring aan, want dit is je laatste en beste kans om te controleren of je het wel echt bij het rechte eind hebt. Een ontkenning alléén geeft geen uitsluitsel. Erger: die zaait juist twijfel. Dat is misschien precies wat je doelwit beoogt. Maar de lezer heeft recht op helderheid. Als je doelwit niet op de feiten wil ingaan, zeg dát dan tegen je lezers. Vertel hun dat het doelwit weliswaar ontkent, maar weigert om op de concrete feiten in te gaan. Daarmee leg je de bal weer bij de beschuldigde.” Pagina 155

Diversiteit
“Natuurlijk: je zoekt de beste bronnen voor je verhaal. Maar welke bron ‘de beste’ is, wordt niet alleen door rationele maar mogelijk ook door onbewuste afwegingen bepaald: je beschouwt bronnen namelijk eerder als geloofwaardig als ze op jou lijken.” Pagina 160

Masterfile
“De masterfile bevat voldoende materiaal om het verhaal te kunnen schrijven. Het materiaal is bovendien geordend volgens de tijdlijn en allemaal voorzien van een bronverwijzing. Gebruik de masterfile om […] te delen met collega’s, chefs en eindredacteuren. Op sommige Amerikaanse redacties wordt de masterfile een story file genoemd: een dagelijkse rapportage over de vorderingen aan het verhaal.” Pagina 173

Samenwerking
“‘Als je met verschillende mensen in een team werkt, zul je ook met verschillende culturen werken. Dat is al snel zo met een cross-border-onderzoek (zie verderop in dit hoofdstuk), maar verschillen zitten ook in werkwijzen, taalgebruik, interpretatie en houding binnen de Nederlandse of Belgische grenzen. Op een redactie kan een bepaalde werkcultuur heersen, die misschien voor een freelancer uit hetzelfde onderzoeksteam helemaal niet vanzelfsprekend of bekend is. Elkaar begrijpen en vertrouwen is cruciaal voor een goede samenwerking.” Pagina 337

Projectcoördinator
“Als het een groot team betreft, of een complex onderzoek, is een projectcoordinator aan te raden: als iedereen druk is met het onderzoek of met de publicatie, heb je iemand nodig die het overzicht kan bewaren. […] Een gangbaardere term is overigens projectmanager, maar dit leidt binnen de journalistiek – hebben we gemerkt – soms tot onnodige aversie. Op een redactie is een manager een leidinggevende, maar binnen een project is dit een primus inter pares die in zijn of haar eentje géén beslissingen kan nemen over het project.’’ Pagina 345

Veiligheid
“Veiligheidsdeskundigen van het OCCRP die de Pegasus-software onder de loep hebben genomen, ontdekten dat de spionagesoftware niet goed reageert op het regelmatig aan/uitschakelen van je telefoon. Alle apps, dus ook die om stiekem te spioneren, worden opnieuw geïnitialiseerd als je je telefoon opnieuw opstart. Elke ochtend je telefoon even helemaal uitzetten en weer opstarten, werpt blijkbaar een blokkade op tegen spionagesoftware. Hetzelfde kun je doen met je laptop. Het lijkt te simpel om waar te zijn, maar is als counter-surveillance bijzonder effectief.” Pagina 389

Respect
“Is respect een vreemde eend in de journalistiek-ethische bijt? Niet als je kijkt naar de oudste journalistieke code, die van de Amerikaanse Society for Professional Journalists uit 1926. Minimize harm, zegt deze code al bijna honderd jaar. Beperk de schade die je publicatie toebrengt tot een minimum. Het is een chique manier om te zeggen dat je niet altijd alles wat je weet of hebt, hoeft te publiceren om grondig en effectief te zijn.” Pagina 410

Overtuigen
“Eigenlijk lijkt wat wij onderzoeksjournalisten doen meer op overtuigen dan op vertellen. We schrijven niet zomaar een verhaal, maar een betoog. We zien het niet enkel als onze taak om lezers met de neus op de feiten te drukken, zoals nieuwsjournalisten doen, maar wij voorzien de feiten ook van gewicht. Wij geven behalve informatie ook een oordeel.” Pagina 419

Narratieve journalistiek
“De werkelijkheid is dat ‘narratieve journalistiek’ – het label dat we liever gebruiken in plaats van dat verwarrende ‘verhalende journalistiek’ en het nog ernstiger besmette ‘storytelling’ – zich nét zo gebonden weet aan heilige journalistieke beginselen als ‘onafhankelijkheid’ en ‘verifieerbaarheid’ van feiten, en daarmee dus nét zo toegewijd is aan de waarheid.” Pagina 443

Kwaliteitscontrole
“Gezien de belangen die op het spel staan, is de inspanning meer dan gerechtvaardigd. De totale tijd die ermee gemoeid is – een paar vergaderingen van een uur en een factcheckingsessie van maximaal een dag – mag geen kleine nieuwsredactie, onderzoeksjournalist of freelancer ontmoedigen.” Pagina 455

Impact
Onderzoeksjournalisten ‘na Watergate’ waren gaan geloven dat ze alleen maar het heilige vuur van de verontwaardiging hoefden aan te steken om uiteindelijk een president weg te krijgen: journalism of outrage. Maar Protess en zijn team verstoorden die droom op verschillende manieren. [...] Bovenal toonden Protess en collega’s aan dat in gevallen waarin journalistiek onderzoek tot materiële hervormingen leidde, verslaggevers de impact van hun werk veiligstelden door coalities te vormen met groepen uit het maatschappelijk middenveld en sympathiserende autoriteiten. Deze bondgenoten zetten het werk voort na de eerste onthullingen en vertaalden het in institutionele hervormingen. Pagina 484

Auteurs

LUUK SENGERS schrijft onderzoeksverhalen voor De Groene Amsterdammer, traint journalisten en andere professionals in onderzoeksvaardigheden en helpt redacties en ngo’s bij het organiseren en uitvoeren van onderzoeksprojecten. Hij is mede-bedenker van de Story-Based Inquiry-methode en co-auteur van acht internationale boeken over onderzoeksjournalistiek. Hij coördineert de masteropleiding onderzoeksjournalistiek aan de Vrije Universiteit Brussel en de cursus onderzoeksjournalistiek aan de Hogeschool Utrecht. Verder doceert hij op verschillende universiteiten in Nederland en Vlaanderen en spreekt hij regelmatig op internationale conferenties. Luuk werkte in het verleden als economieredacteur bij NRC Handelsblad, Quote en Intermediair en zat tussen 2005 en 2015 in het bestuur van de VVOJ.

MARK LEE HUNTER is een meervoudig bekroonde onderzoeksjournalist en wetenschapper. Hij publiceerde onder andere in Harper’s, The New York Times Magazine, The Washington Post, Le Monde Diplomatique, Arte en diverse gezaghebbende wetenschappelijke tijdschriften. Hij is een van de oprichters van het Global Investigative Journalism Network en Arab Reporters for Investigative Journalism, en hoofdauteur van Story-Based Inquiry, A Manual for Investigative Journalists. Mark heeft duizenden studenten en professionals in veertig landen opgeleid. Hij werkte ook aan toonaangevende businessschools zoals insead, waar hij medeoprichter was van het Stake-holder Media Project om onderzoek te doen naar bedrijfsmodellen voor onafhankelijke media.

EVERT DE VOS
is redactiechef en onderzoeksjournalist van De Groene Amsterdammer. Hiervoor was hij onder meer hoofdredacteur van j/m voor Ouders en redacteur, later adjunct-hoofdredacteur, van het weekblad Intermediair. Zijn publicaties in Intermediair leidden onder andere tot het instellen van de Balkenende-norm voor topinkomens in de publieke sector. In 2022 won hij met anderen een Tegel Datajournalistiek voor een artikel in De Groene over de grootste stikstofuitstoters in Nederland. Evert geeft verder trainingen interviewen en eindredactie en is sinds 2015 voorzitter van de Vereniging van Onderzoeksjournalisten.

KAREL VAN DEN BERG is journalist sinds 1988, bij lokale en regionale kranten, regionale en landelijke televisie. Het langst was hij verslaggever bij de actualiteitenrubriek Netwerk. Als freelance journalist (sinds 2009) volgde hij een opleiding in creatieve denktechnieken (cocd) en onderzocht hij de vakeigen kansen en knelpunten voor creativiteit op redacties in binnen- en buitenland. Zijn bevindingen, kennis en ervaring vertaalde hij naar de redactiepraktijk in Bedenk eens wat nieuws, Handboek voor journalistieke ideeontwikkeling (2011). Sindsdien traint, begeleidt en adviseert Karel redacties en studenten in journalistieke denk- en overlegprocessen.

SANNE TERLINGEN is onderzoeksjournalist en initiatiefnemer van het project Lost in Europe, waarbij een internationaal team van journalisten samenwerkt om te achterhalen hoe het kan dat duizenden vluchtelingenkinderen van de radar verdwijnen na aankomst in Europa. Eerder werkte ze voor het onderzoeksprogramma Argos, waar ze een reeks maakte met tweehonderd slachtoffers van georganiseerd seksueel geweld. Sanne is Ochberg Fellow van het Dart Center for Journalism and Trauma en won voor haar onderzoeken verschillende prijzen, waaronder de Loep, Tegel, Lira Scherpenzeelprijs en de EU Impact Award.

JUDITH KONIJN is onderzoeksjournalist en radiomaker bij Argos (HUMAN/VPRO). Ze doet de laatste jaren vooral onderzoek naar jeugdzorg en jeugdbescherming. Dat werkt ze uit tot radioreportages met persoonlijke verhalen. Daarnaast maakte ze meerdere uitzendingen over o.a. de GGZ, medische zorg en stigmatisering via algoritmes. Eerder werkte ze een aantal jaar voor het televisieprogramma Medialogica en deed ze research voor geschiedenisdocumentaires.

SAHAR NOOR is van opleiding religiewetenschapper en journalist. Ze promoveerde aan de Radboud Universiteit in vergelijkende godsdienstwetenschappen. Ze is jarenlang als onderzoeker en adviseur verbonden geweest aan Movisie/kis (Kennisplatform Inclusieve Samenleving) en als manager diversiteit & inclusie bij BNNVARA. Momenteel heeft ze een eigen onderzoeks- en adviesbureau en werkt ze zowel als onderzoeker/adviseur als programmamaker/ journalist voor onder andere de UvA, Omroep Zwart (BNNVARA).

BAS VAN BEEK is afgestudeerd in Conflict Studies and Human Rights aan de Universiteit van Utrecht. Hij is Woo-coördinator bij Follow the Money. Daarnaast is hij medeoprichter en onderzoeksjournalist bij Platform Authentieke Journalistiek. Samen met Woo-expert Roger Vleugels voert hij de Wob/Woo-procedures binnen het Shell Papers-project. Binnen dit project wordt de verwevenheid van Shell en de Nederlandse overheid onderzocht aan de hand van zeventien Wob-verzoeken die zijn uitgezet bij ministeries, provincies en gemeenten.

PETER TEFFER is onderzoeksjournalist bij Follow the Money. Hij werkte hiervoor bij nu.nl en NRC Handelsblad en als freelancer voor de International Herald Tribune, EUobserver en Vrij Nederland. Hij schreef twee boeken: Dieselgate: Hoe de industrie sjoemelde en Europa faalde en Het lijkt Washington wel: Hoe lobbyisten Brussel in hun greep hebben. Na jaren verslaggeving in Brussel onderzoekt hij nu de EU in de praktijk: het lobbyen, de subsidies, de regeltjes en het toezicht.

CHRISTOPH MEEUSSEN werkte bij VRT Nieuws als researcher en later ook als radioreporter. Daarna was hij economisch reporter voor persagentschap Belga, met als focus de Antwerpse haven. Midden 2018 stapte hij over naar Mediahuis, eerst vier jaar als havenreporter bij Gazet Van Antwerpen en sinds februari 2022 als verslaggever binnenland voor De Standaard. Door de jaren heen ontdekte en specialiseerde Christoph zich in openbaarheid van bestuur, een techniek die hij geregeld journalistiek inzet. Voor de journalistenvereniging VVJ stelde hij online Wob-sjablonen op waarmee ook collega’s makkelijk aan de slag kunnen.

MARION CLAESSENS is hoofd archieven bij Stadsarchief Delft. In deze functie begeleidt zij onderzoekers bij hun onderzoek in de collecties van het Stadsarchief. Ze publiceert regelmatig over de geschiedenis van Delft op basis van onderzoek in archieven. Ze is afgestudeerd aan de Universiteit Leiden op de bezitsverhoudingen rond Delft in de zestiende eeuw en doet onderzoek naar de geschiedenis van de ambachtsheerlijkheden tot 1832.

RUBEN BRUGNERA is docent Journalistieke Research aan de Thomas More Hogeschool in Mechelen. Hij werkt onder andere voor Knack, Telefacts, RTBF #Investigation en ARD Panorama. Ruben studeerde politicologie en economie aan de KU Leuven en volgde de opleiding Internationale Researchjournalistiek. Voor hun onderzoek naar miljoenenfraude en uitbuiting in de katholieke armoedeorganisaties Poverello en Rafaël ontvingen Ruben en zijn zus Marieke in 2022 de Loep, de grootste onderscheiding voor onderzoeksjournalistiek in de lage landen.

SIEM EIKELENBOOM werkte als (financieel) onderzoeksjournalist bij het Utrechts Nieuwsblad, Zembla, Nova en Het Financieele Dagblad. Sinds juli 2018 is hij werkzaam als freelance journalist voor onder andere Follow the Money en als parttime docent onderzoeksjournalistiek aan de Universiteit van Amsterdam. Zijn werk werd genomineerd voor onder andere de Loep (FD-serie over fraude bij Imtech) en de Eureka-prijs (boek De Genetische Vingerafdruk) en drie keer bekroond met de Citi Journalism Awards for Excellence. Verder werkte hij mee aan twee journalistieke producties die werden bekroond met de Pulitzer-prijs (Panama Papers en een serie over Apple van The New York Times).

JONATHAN GROUBERT is een bekroonde internationale journalist en een van Europa’s eerste podcasters. Hij doceert onderzoeksjournalistiek aan het Radio Nederland Opleidingscentrum en doceert aan de masteropleiding Journalistiek van de Rijksuniversiteit Groningen. Jonathan is expert op het gebied van interviewen en heeft mede aan de wieg gestaan van de term ‘talkumentary’, waarin interview en verhaal worden gecombineerd tot een krachtig geheel. Ira Glass van This American Life beschreef hem als ‘een van de beste [...] interviewers die ik ooit heb gehoord’.

COCO GUBBELS is onderzoeksjournalist en projectmanager. Haar onderzoeken gaan over de randen van de maatschappij en ze levert deze verhalen aan diverse media. Als projectmanager voerde ze opdrachten uit bij grote (internationale) corporaties, maar ze heeft zich gespecialiseerd in de toepassing van projectmanagement vaardigheden op journalistieke redacties, in teams en (cross-border) projecten. Ze geeft trainingen en coacht journalisten en teams in het toepassen van projectmanagement. Coco is regelmatig te vinden op diverse journalistieke conferenties en ze maakt sinds 2022 deel uit van het bestuur van de VVOJ.

GEESJE VAN HAREN richtte in 2005 VersPers (verspers.nl) op, een opleidingsen publicatieplatform voor onderzoeksjournalisten met een groot netwerk van mediapartners en uitgebreide ervaring in het opleiden in creatieve, onderzoeksjournalistieke vaardigheden en in journalistiek ondernemerschap. Geesje is zelf maker van boeken, (foto)documentaires en geschreven artikelen. Ze initieert en produceert journalistieke evenementen en uitwisselingsprogramma’s. Daarnaast is ze hoofdredacteur bij Small Stream Media, directeur van de vakschool voor onderzoeksjournalistiek Open Eyes en projectcoördinator bij Lost in Europe en Het Brede Netwerk.

BRIGITTE ALFTER is een ervaren Duits-Deense journaliste, editorial director van Arena for Journalism in Europe (journalismarena.eu) en docent aan de Universiteit van Göteborg. Na een journalistieke loopbaan op lokaal, nationaal en Europees niveau werd ze zich bewust van de behoefte aan grensoverschrijdende journalistieke samenwerkingsstructuren. Sinds 2003 ontwikkelt ze daarom Europese ondersteunings- en infrastructuren voor cross-border-journalistiek. Ze combineert journalistieke praktijk, ondernemerschap, onderwijs/opleiding en academisch onderzoek.

ADRIANA HOMOLOVÁ is een in Slowakije geboren, in Nederland gevestigde data- en onderzoeksjournaliste. Ze is gespecialiseerd in grensoverschrijdende journalistieke projecten, waaronder de coördinatie van dataverzameling, analyse en datapublicatie. Ze geeft ook les in datavaardigheden aan een internationaal publiek. Momenteel werkt ze aan Europese verhalen met Follow The Money en aan het verspreiden van datakennis onder journalisten met Arena for Journalism in Europe.

JOOST ORANJE was jarenlang onderzoeksjournalist bij NOVA en NRC Handelsblad en won verschillende prijzen (de Loep, Anne Vondelingsprijs, Prijs voor de Dagbladjournalistiek). Als leidinggevende (onder meer als plaatsvervangend hoofdredacteur van NRC en hoofdredacteur van Nieuwsuur) maakte hij onderzoeksjournalistiek speerpunt van beleid. Hij won in 2019 Het Vliegwiel van de vvoj. Sinds april 2022 is hij coördinator onderzoeksjournalistiek bij Nieuwsuur en NOS Nieuws.

JOËLLE TERBURG is classica en studeerde daarnaast Boekwetenschap. Ze werkt sinds 2010 bij het Fonds Bijzondere Journalistieke Projecten en is sinds begin 2019 hoofd Subsidieregelingen. Ze is sinds juli 2021 aangesteld als directeur-bestuurder.

IDES DEBRUYNE is medeoprichter en directeur van Journalismfund.eu, een onafhankelijke non-profitorganisatie opgericht in 1998 met als doel onafhankelijke onderzoeksjournalistiek in Europa te stimuleren. Hij is initiatiefnemer en voorzitter van SciMingo, een Brusselse non-profitorganisatie die wetenschapscommunicatie in het Nederlandse taalgebied van België promoot. En hij maakte deel uit van de stichters van de Nederlands-Vlaamse Vereniging van Onderzoeksjournalisten.

AMRA DORJBAYAR werkt sinds 2016 bij VRT NWS. Hij begon zijn carrière als researcher voor conflictjournalist Rudi Vranckx. Nadien heeft hij onder andere gewerkt als videoredacteur en onderzoeksjournalist. Hij werkte onder meer mee aan de Pano-reportages over de extreemrechtse groepering Schild en Vrienden, en over gesjoemel met humanitaire visa door Mechels gemeenteraadslid Melikan Kucam. Sinds 2019 werkt hij bij de DDT-cel als factchecker en sinds 2021 ook als datajournalist.

DORIEN VANMELDERT werkt sinds 2020 als journalist bij VRT NWS. In maart 2021 kwam daar ook de rol van factchecker bij. Haar werk focust momenteel op desinformatie en wetenschappelijke onderwerpen. Ze studeerde Taalen Letterkunde (Nederlands en Engels) aan de KU Leuven, waarna ze ook masters in de westerse literatuur en in de journalistiek behaalde.

PETER TER VELDE is projectleider van PersVeilig en veiligheidscoördinator van de NOS. Hij is voormalig verslaggever van de nos, waarvoor hij naar diverse oorlogs- en crisisgebieden reisde. Ter Velde was correspondent in Israël. Hij schreef het boek Kabul & Kamp Holland over de Nederlandse missie in Afghanistan en maakte over die missie de documentaire Fokking Hell!. Hij schreef de romans De vader en de zoon en Paradijs om de hoek. Ter Velde geeft voor de NVJ en de European Broadcasting Union trainingen aan journalisten om hen voor te bereiden op oorlogs- en crisisgebieden.

MARGO SMIT is ombudsman voor de journalistieke programma’s van de Nederlandse publieke omroepen. Ze was eerder ombudsman van de NOS, directeur van de VVOJ, (onderzoeks)journalist bij RTL Nieuws, KRO Reporter en KRO Profiel. Ze was docent bij de masteropleiding Journalistiek van de Rijksuniversiteit Groningen en de UvA, en is nog steeds gastdocentschap bij veel (ook internationale) journalistieke opleidingen. Ze is president van de Organisation of News Ombudsmen (ono) en vicevoorzitter van het Global Investigative Journalism Network (GIJN).

JEROEN TROMMELEN is sinds november 2021 ombudsman van de Volkskrant. Daarvoor was hij hoofdredacteur van Platform voor Onderzoeksjournalistiek Investico, na eerder ruim vijfendertig jaar bij de Volkskrant te hebben gewerkt. Hij is voormalig bestuurder en voorzitter van de Nederlands-Vlaamse Vereniging van Onderzoeksjournalisten (VVOJ), was tussen 2016 en 2021 docent aan de Investico Masterclass en in 2010 docent aan de journalistieke opleiding PDOJ aan de Erasmus Universiteit in Rotterdam.

LOTTE ORANJE is advocaat bij de praktijkgroep Intellectueel Eigendom en Media bij Kennedy Van der Laan. Zij houdt zich bezig met onder andere mediarechtelijke geschillen, contracten, licenties en merk- en auteursrechten. Lotte staat nationale en internationale mediabedrijven bij en werkt voor uitgevers van kranten, omroepen, internetproviders en platformen. Ze procedeert en adviseert regelmatig over perspublicaties, online content en auteursrecht- en merkinbreuk, vaak op korte termijn. Lotte geeft cursussen over internet en recht en schrijft mee aan de weblog mediareport.nl.

THOMAS MUNTZ is hoofdredacteur van Investico en doceert in de jaarlijkse masterclass Onderzoeksjournalistiek. Daarnaast was hij tot 2021 als politiek filosoof verbonden aan de Universiteiten van Amsterdam en Tilburg. Voor Investico schreef hij de afgelopen tien jaar over onder meer energie en klimaat(scepsis), privatisering van het onderwijs en handel in schulden. Voor onderzoek naar robotrechter e-Court won hij samen met collega’s de Jacques van Veen-prijs 2019.

HENK BLANKEN schreef voor de Volkskrant (toen hij bekroond werd met het Gouden Pennetje), was adjunct-hoofdredacteur van Dagblad van het Noorden, bij welke krant hij als onderzoeksjournalist met een team de Tegel won (voor Project X), de Europese prijs voor gezondheidsjournalistiek en de Groninger Persprijs. Hij publiceerde drie boeken over journalistiek, waaronder het Handboek verhalende journalistiek (met Wim de Jong). Zijn essays over euthanasie verschenen bij De Correspondent, in de Volkskrant, De Groene Amsterdammer, Die Welt en The Guardian. In 2018 publiceerde hij de non-fictieroman Je gaat er niet dood aan, Een zoektocht naar de grenzen van mijn aftakeling (AtlasContact), waarvan een eerdere versie ook in Duitsland verscheen. In 2019 publiceerde De Correspondent zijn boek Beginnen over het einde.

NILS HANSON is een bekroonde freelance onderzoeksjournalist in Zweden. Gedurende veertien jaar, tot 2018, was hij uitvoerend producent voor het Zweedse tv-onderzoeksprogramma Mission Investigate. Hij heeft in dertig jaar zo’n vijfhonderd onderzoeken begeleid en/of uitgevoerd. Tijdens de laatste twee jaar in zijn rol als producent won het programma tien internationale prijzen. Eén verhaal, met hem als editor, Deceptive Diplomacy – Coverup by the UN, won in 2019 zowel de IRE Award als de Emmy Award. Hij schreef een handboek over onderzoeksjournalistiek dat een klassieker is geworden in Zweden, en een hoofdstuk voor Story-Based Inquiry, A Manual for Investigative Journalists.

WIM CRIEL was mediajurist van Roularta in België. Hij heeft tientallen onderzoeksjournalisten van Knack en andere media geholpen om hun verhalen juridisch waterdicht te maken. Ook doceerde hij aan de Thomas More Hogeschool Mechelen en schreef hij het boek Auteursrecht en pers. Wim overleed in 2015. Zijn bijdrage aan het handboek (hoofdstuk 20) is een licht geredigeerde en geactualiseerde versie van een hoofdstuk dat hij schreef voor het boek Onderzoeksjournalistiek in 2009. We hergebruiken de tekst met toestemming van zijn kinderen en de uitgever – wegens de onverminderd grote waarde, maar óók als eerbetoon aan een fantastische collega.

ANNE VAN HOOTEGEM is sinds 1992 grafisch vormgeefster en heeft een eigen bureau, Grase, dat staat voor graphic en design. Voor de VVOJ heeft ze veel promotiemateriaal en boeken verlevendigd. Ze heeft ook de huisstijl van Story-Based Inquiry ontworpen.

Boekpresentatie

Vrijdag 18 november 2022, VVOJ-conferentie, Universiteit Leiden

Toespraak van Luuk Sengers:

Beste collega’s, lieve vrienden,

Hier is-ie dan: anderhalve kilo aan kennis. Het eerste handboek van de VVOJ! Hiervoor moeten we het bestuur en Rick van Dijk bedanken!
En de sponsors: het Fonds BJP en het fonds Pascal Decroos. Maar in het bijzonder natuurlijk alle co-auteurs die werkelijk schitterende bijdrages hebben geschreven. En de uitgevers van Bertram+de Leeuw die er een prachtig product van hebben gemaakt!

***

“Leuk hoor zo’n boek”, zei onlangs iemand tegen mij. “Maar welk probleem heb je hiermee nu eigenlijk opgelost?” Laat me die vraag heel kort beantwoorden aan de hand van de tien woorden die het meeste voorkomen in het boek. Je ziet ze hier achter mij, met hun frequenties. 

***

Verhaal. Het boek gaat op de eerste plaats over verhalen vertellen. Hoe doe je dat? Een van de grootste uitdagingen voor onderzoeksjournalisten in deze tijd, is het om nog gehóórd te worden. Om verhalen te maken die opvallen in het enorme nieuwsaanbod, ontkenners alle wind uit de zeilen nemen, aanvallen moeiteloos afslaan en ontsnappen onmogelijk maken. Verhalen die overtuigen. Verhalen met impact. 

Hoe bereiken we een groeiende groep burgers én politici die de feiten niet willen horen, niet accepteren of domweg niet belangrijk vinden?
Te vaak zijn we roependen in een woestijn. We tonen als kinderen trots wat we hebben opgegraven, maar zien niet dat de volwassenen om ons heen zijn afgeleid.  

***

Feiten spreken voor zichzelf,  hebben wij lang gedacht. Maar dat is niet zo. De feiten hebben een stem nodig. Een stem die hen verdedigt. 

Journalisten hebben hierin een essentiële taak, om de feiten op te sporen én uit te leggen: waar ze vandaan komen, wat ze betekenen, hoe ze verband houden met elkaar, wat ze voor ons kunnen doen en welke prijs ze zullen eisen als we hun bestaan ontkennen.

Aristoteles zei al dat feiten op zichzelf onvoldoende zijn om toehoorders te overtuigen. Daar is méér voor nodig dan een beroep op de rede (logos). Je moet je publiek ook laten meeleven (pathos) en zelf het goede voorbeeld geven (ethos). 

Dit boek gaat daarom niet alleen over het verzamelen van feiten, maar ook over het analyseren ervan. 

Bronnen zijn belangrijk voor ons, maar laten we niet vergeten dat we zélf óók een bron zijn: een bron van kennis en ervaring. Daarmee kunnen we de feiten duiden en een plek geven die ze verdienen.

Dit boek laat voorbeelden zien van hoe je op een verantwoorde manier conclusies kunt trekken uit je onderzoeken. Hoe je de feiten een stem kan geven. 

Vragen over objectiviteit en neutraliteit hebben we proberen te beantwoorden vanuit de rijke traditie van ons vak. En ik kan alvast verklappen: de antwoorden zijn verfrissend. Gooi af dat juk, zoals veel voorgangers van ons in de afgelopen 150 jaar hebben gedaan! Richt je energie op problemen in onze wereld die er écht toe doen en laat zien hoe jouw verhaal kan helpen om de situatie te verbeteren!

***

Gebruik dit boek als een gereedschapskist. Een toolbox voor accute klussen. Maar wees niet verbaasd om tussen de vertrouwde voorbeelden, stappenplannen en checklisten, die je in elk handboek kan tegenkomen, ook een tekening aan te treffen voor een kleine verbouwing. 

Nieuw is namelijk de nadruk die we leggen op instrumenten die de geloofwaardigheid vergroten: zoals transparantie en verantwoording, ethisch en methodologisch handelen, retorica en kwaliteitscontrole.

Er is een effectieve manier om anderen te overtuigen. Namelijk met woorden. Woorden zijn magisch. En het woord ‘magisch’ is afgeleid van ‘macht’.  Van de taalkundige en activist Noam Chomsky is de uitspraak: “Het is belangrijk om te leren verrast te zijn over simpele feiten.” 

Moge dit boek jullie de macht geven om te verrassen. 


Toespraak van Vincent Dekker:


Beste collega’s,

Tot mijn grote teleurstelling kan ik vandaag niet in jullie midden zijn. In dit jubileumjaar van de VVOJ, en met de presentatie van een fantastisch boek over onderzoeksjournalistiek, had ik maar wat graag met jullie van gedachten gewisseld. Maar uitgerekend vandaag moet én wil ik een begrafenis voorrang geven.

Ik zei het al: het ‘Handboek voor onderzoeksjournalisten. Van vermoeden tot verhaal’ dat vandaag ten doop wordt gehouden, is een fantastisch boek, een ongelooflijk goed lesboek en een bron van inspiratie. Heel veel onderzoeksjournalisten uit alle delen van de wereld, en niet in de laatste plaats Luuk Sengers als onder meer redacteur voor de Nederlandse uitgave, hebben er hun kennis in gebundeld.

Het boek neemt je mee vanaf het eerste moment dat je een maatschappelijke misstand - of positieve ontwikkeling - signaleert, via vermoedens van oorzaken en gevolgen naar schetsen van een verhaal en hoe je die schets omzet in een gedegen onderzoek en een bijpassend eindproduct. Het is echt een indrukwekkende ‘bijbel voor de onderzoeksjournalistiek’.

Dat de VVOJ me heeft gevraagd om het eerste exemplaar in ontvangst te nemen, vervult me dan ook met grote dankbaarheid, en, laat ik maar eerlijk zijn, ook een beetje trots. Dat ik twintig jaar geleden een steentje hebben mogen bijdragen aan het tot stand komen van een vereniging voor onderzoeksjournalisten was toen al jaren lang een grote wens van me. Dat die vereniging twintig jaar later er zó goed voorstaat en ons allen telkens weer weet te inspireren om ons werk nog beter te doen, dat had ik niet durven dromen. Het is een enorm compliment waard voor de velen die zich daar in deze twee decennia voor hebben ingezet!

Dit gezegd hebbende veroorloof ik me nu toch, Luuk, om een kleine aanvulling op het boek te geven: vertrouw op je eigen gezond verstand. Als journalist heb je vrijwel zonder uitzondering een behoorlijk goede opleiding achter de rug, met middelbare school, hbo of nog meer. Dat is je gelukt omdat je een goed stel hersens hebt. Als een ander jou iets uitlegt, en jij begrijpt die uitleg niet, dan wil die ander daar graag vergoelijkend van zeggen dat je niet de enige bent en dat het ook echt een moeilijke materie is. Trap daar niet in. Een onbegrijpelijke uitleg is vaak het product van een onwillige boodschapper. Twijfel aan die boodschapper, niet aan je eigen gezond verstand.

Onderzoeksjournalistiek is iets van de lange adem, daar weten jullie alles van. Zelf ben ik dertig jaar geleden begonnen aan een onderzoek dat nog altijd niet is afgerond… Mocht je ooit denken: ‘Waar doe ik het eigenlijk allemaal voor?’ dan heb ik tot slot nog een kleine anekdote als aanmoediging.

Voordat de serie ‘Rampvlucht’, over onder meer mijn onderzoek naar de Bijlmerramp, op tv verscheen, was er eerst een officiële première bij het Nederlands Film Festival. Een van de hoofdrolspeelsters had als gasten drie buurtwerkers uit Amsterdam-West meegenomen. Na het zien van de eerste twee delen van de serie, toonden ze zich onder de indruk en zeiden: “Wij hebben journalisten altijd als lastige, onbetrouwbare figuren gezien die je een uur lang interviewen en dan vijf verkeerde woorden van je citeren. Maar nu weten we dat er ook journalisten zijn die echt zijn begaan met het lot van stadswijken en hun bewoners.”

Het was het mooiste compliment dat ik, en met mij Volkskrant-collega Pierre Heijboer postuum, hebben kunnen krijgen. Naast de resultaten die we met ons werk inhoudelijk hebben bereikt, hebben we ook een beetje kunnen bijdragen aan het herstel van vertrouwen in de journalistiek.

Ik wens jullie nog vele inspirerende jaren en heel veel complimenten toe.